TopDog doel

TopDog: doel en effect


Specifiek richt de TopDog methodiek zich op de volgende doelen

  • Verminderen van gedragsproblemen
  • Het opbouwen van zelfvertrouwen en weerbaarheid
  • Het reguleren van emoties
  • Opheffen van problemen in de ontwikkeling
  • Leren omgaan met een eventuele beperking
  • Herstel van het basisvertrouwen en het aangaan van nieuwe verbindingen mogelijk maken
  • Het werken in een andere vorm van hulp en ondersteuning
  • Het fysieke contact verbeteren


De begeleiding van de TopDog trainingen is laagdrempelig en kan tevens dienen als een opstap binnen mobiliteitstrajecten naar werk of naar eventuele verdere hulpverlening.


De te verwachten effecten op psychopathologie:

  • Depressie; de hond verleidt de jongere actie te ondernemen. De jongere gaat zich goed voelen omdat hij of zij iets onderneemt. Daarmee vermindert het sombere gevoel.


  • Autisme; een hond is uitstekend geschikt om de jongere te leren contacten te leggen. Als de hond met de jongere contact zoekt, worden weinig eisen gesteld aan de vorm waarop de jongere op de toenadering reageert.


  • Verlegenheid en faalangst; verlegen jongeren hebben snel overwicht bij honden omdat honden hiervoor geen woorden nodig hebben. Rust, bedachtzaamheid en zelfverzekerde lichaamstaal is voldoende. Dit kunnen verlegen jongeren heel snel leren.


  • Angst; een hond interpreteert angstig gedrag als spanning bij een roedelgenoot. Zij gaan zich clownesk gedragen om de spanning op te lossen. Angstige jongeren worden afgeleid door dit clowneske gedrag. Zij kunnen in de omgang met een hond hun angst leren relativeren door plezier te hebben met de hond en te reageren op de vrolijkheid en onbekommerdheid van het dier.
    • ADHD; beweeglijke kinderen kunnen zich met een hond uitleven en zo ervaren dat de hond hier plezier in heeft. De enthousiaste houding van de hond en het eindeloze vermogen te spelen verhoogt het zelfgevoel en zelfvertrouwen van de jongere.


    • Agressie; honden gaan pragmatisch met agressie om. Agressie hoort bij het leven. Honden zijn niet bang voor agressie en gaan het niet uit de weg. Psychosociale hulphonden zijn getraind om agressie te remmen. Veel agressieve en impulsieve jongeren gaan over het algemeen respectvol met dieren om. De zachte gevoelens die dat oproept, ontstaan niet (altijd) in de omgang met mensen. Het kunnen begeleiden van een hond geeft agressieve jongeren zelfvertrouwen en zelfgevoel en bevordert tevens enige basale zelfbeheersing.


    • Hechtingsproblematiek; honden zijn trouw. Hierdoor zal de jongere ervaren dat het makkelijk is om een band met een dier op te bouwen.


    • Psychotisch gedrag; honden herkennen extreme angst en spanning. Zij zullen dit willen oplossen door actie te ondernemen. Omdat zij de verbale uitingen niet verstaan, zullen ze daar ook niet op reageren.